maandag 11 juni 2012

Filowatwandelen?

foto: @doetiee

"Zo'n filosofiewandeling, behandelen jullie dan verschillende filosofen?"

"Hoeveel mensen lopen er aan mee? Twintig, vijfentwintig?"


"Ik zat op de fiets richting wandeling toen ik hoorde dat ik met mezelf al hele filosofische gesprekken aan het voeren was. Ik dacht: 'Jij bent veel te druk in je hoofd hiervoor'! Toen ben ik omgekeerd en terug naar huis gereden."

Dit zijn een paar reacties die ik de voorbije tijd van mensen kreeg wanneer we te spreken kwamen over de filosofie-wandelingen, die we sinds januari van dit jaar iedere twee weken organiseren. Er lijkt voor een enkeling een drempel op de weg naar het evenement te liggen, die moeilijk (weg) te nemen is. Het lijkt er ook op, dat dit voor een deel komt door het woord 'filosofie': Wie vindt zichzelf een filosoof? Wanneer ben je dat? En kunnen of mogen alleen filosofen filosoferen? Met dit schrijven wil ik het licht juist eens werpen op die drempel. Want ligt die er eigenlijk wel?

Voetafdruk te zien in het Valkhof-museum, Nijmegen.

Pad.

Filosofie. Wijsbegeerte. Verlangen naar wijsheid.
Wijsheid. Dat woord... Eén van de betekenissen die het heeft is 'Het hebben van kennis die op inzicht en levenservaring berust'.
Inzicht zou je kunnen omschrijven als 'zien hoe iets in elkaar steekt'.
Levenservaring is uit te leggen als dat je hebt geleerd van wat je in je leven hebt meegemaakt.
Nee, 'begeerte' dan, óók zo'n prachtig woord uit onze taal. Die vragen over het leven, ja, èn de dood, ze houden mij bezig, soms (of altijd) voel ik in heel mijn wezen dat verlangen om meer van dat wonder, dat mysterie, te begrijpen!

Zou het vooroordeel rondom filosofie deels kunnen komen door de plaats die die op dit moment in onze samenleving heeft? Het is een vak dat op het gymnasium gegeven wordt, binnenkort moet je er zelfs voor gaan betalen aan de school, wanneer je het wil volgen. En via sommige universiteiten kun je er ook op afstuderen. Dan lijkt de conclusie eenvoudig: "Alleen bollebozen filosoferen".

Nu dan toch even terug naar de alinea aan deze voorafgaand, over de betekenis van het woord 'filosofie'. Want waar vind je daarin terug dat je een hoog IQ moet hebben om "wijsgerig" te zijn? Hebben de woorden 'inzicht' en 'levenservaring' niet evenveel of zelfs méér te maken met het woord 'streetwise'; de wijsheid die je van de straat hebt gehaald? Mind you: een van de stromingen van het Boeddhisme heet 'Tao' en dat betekent 'pad', of 'straat' als je wil...


Leven.

Leven doet elke lezer van deze woorden. Net als ik, nu de schrijver, straks weer en ook een lezer -en dan jij misschien de schrijver? Leren van het leven doen we (mag ik hopen) ook allemaal.

Tijdens de wandelingen delen we de wijsheid die we op ons pad opgedaan hebben met elkaar, al wandelend over de weg die we samen hebben uitgekozen te gaan. Eigenlijk komen de gespreks-onderwerpen altijd als vanzelf, aan de hand van één of een paar van de mensen uit de groep, waar anderen hun eigen gedachten en vragen bij hebben. Weer andere deelnemers luisteren op sommige momenten vooral -of alleen, want soms is het heerlijk (mee)filosoferen door stil te zijn.

Zo is al menig onderwerp aan de orde gekomen, dit voorbije klein half jaar. Om hier een greep uit te doen: "Wat is liefde?"; "Wat is discriminatie?"; "Wat is goed onderwijs?"; "Wanneer wordt iets geweld?"; "Hoe kunnen we aan een prettige samenleving bouwen en/of die behouden?"; "Is de computer (straks) machtiger dan zijn uitvinder, de mens?". De lijst zou nog zoveel langer en diverser kunnen zijn. Hopelijk geeft hij je toch een beetje een indruk.

Tot nu toe hebben er bij een wandeling niet meer dan tien mensen meegedaan. Eén keer zelfs 'maar' twee. Ruimte voor meer deelnemers is er zeker. Nu ook al vormen zich tijdens het lopen kleine groepjes, die gaandeweg vanzelf van samenstelling veranderen. Bijvoorbeeld omdat iemand's oor een voor haar of hem interessant gespreks-onderwerp oppikt en die persoon zich daarom bij die mensen voegt.

Onderweg gaan we meestal op een fijne lokatie zitten om wat van onze meegenomen broodjes of andere snacks te delen en eten. Daarbij ontstaat dan ook vaak een gesprek tussen alle aanwezigen, soms met een thema dat al wandelend aan bod was gekomen, dan weer een compleet nieuwe vraag of gedachte aansnijdend.

Het maakt mij een (nog) gelukkiger mens dat, bij al die keren filosofie-wandelen, het respect in de groep voor elkaar zo goed voelbaar was. Welke kijk op het leven is er dan ook belachelijk? Wat weer niet wil zeggen dat er niet gelachen wordt, want sommige plotse inzichten of levensverhalen die mensen delen zijn wel zeker om te lachen. Zo heb ik zelf al menig maal gelachen om iemand anders' avonturen, en dan maar al te vaak uit herkenning.

Goed.

"Wat is er volgens jou nodig voor een 'goede filosofie-wandeling'?" vroeg één van de deelnemers mij pas geleden aan het einde. Eigenlijk had ik om die vraag gevraagd, omdat ik vlak voor hij dit vroeg, zelf dat woord in de mond had genomen -en ja, wat ís dat dan, 'goed'?

Ik noemde twee punten op, waarvan de eerste was: "Dat de stilte er een gelijkwaardige plaats in heeft als het woord". Dat klinkt misschien moeilijk, maar het betekent dat ik het zelf bijvoorbeeld erg prettig vind om over iemand's uitgesproken woorden na te kunnen denken, langer dan terwijl de woorden uitgesproken worden, soms ook langer dan 'slechts' een paar tellen nadat iemand uitgesproken is. Het houdt mijns inziens eveneens in dat een spreker van de rest van de groep de aandacht krijgt, daar we die allemaal evenveel verdienen.

Voor mijn gevoel zijn er in ieder geval twee 'valkuilen' waar een (deel van de) groep, of een van de leden, in terecht kan komen: Ongeduld en haantjesgedrag. Ongeduld kan zich uiten in de ander moeilijk of niet uit (kunnen) laten spreken. Haantjesgedrag kan iemand gaan vertonen wanneer zij of hij denkt dat haar of zijn eigen mening belangrijker is dan die van een (van de) ander(en).

Dat stilte voor sommige mensen bedreigend aan kan voelen, dat werd me pas geleden (opnieuw) duidelijk gemaakt. Mediteren doe ik dagelijks en op één van de eerste zonnige dagen van dit jaar besloot ik een drempel te nemen en eens in het Kronenburgerpark in de lotushouding mijn ademhalingsoefeningen te doen. Onder de mensen. Dat vond ik best spannend, maar het was uiteindelijk zo'n prettige ervaring, dat ik dit inmiddels vaker heb gedaan.

Na die eerste keer kwam mij ter ore dat een bekende van me mij in mijn meditatie had willen storen. Toen ik het bij diegene zelf navroeg of hij dit inderdaad van plan was geweest, reageerde deze met dat hij dat toen inderdaad voor de grap tegen anderen in het park had gezegd, maar dat hij dit nooit echt zou hebben gedaan of willen doen.

Zit in iedere grap een (kern van) waarheid opgesloten? Wel of niet, samen met andere ervaringen die ik in m'n leven opdeed, geloof ik dat ik er mensen zijn die letterlijk bang zijn voor de stilte. In ieder geval wanneer zij onder andere mensen zijn. Bijvoorbeeld doordat we het gevoel hebben dat er gesproken móét worden, omdat je als 'een stille' wel eens als 'een saaie' gezien zou kunnen worden. Maar ook omdat we in onze westerse samenleving omgeven worden door geluid en niet meer gewend zijn aan de stilte. Misschien is die voor sommigen zelfs een pijnlijk confronterende spiegel voor ons eigen gekakel en gekraai?


Als tweede punt in het antwoord op de vraag wat volgens mij dan een 'goede filosofie-wandeling' was, noemde ik: "Dat elke aanwezige zich gelijkwaardig behandeld voelt". Simpel gezegd, dat iedereen die erbij was haar of zijn zegje heeft kunnen doen zoals die dat zelf graag wilde en ook stil heeft kunnen zijn op voor haar of hem fijne momenten.

Iets dieper hierop ingaand, denk ik dat het bijdraagt wanneer de aanwezigen van (bijvoorbeeld) zo'n filosofie-wandeling, niet alleen proberen het welzijn van het eigen zijn in de gaten te houden, maar ook het welzijn van de groepsgeest. Vaak voelen we vanzelf en direct een sfeer en een stemmingswisseling in een groep aan. Soms echter verliezen we één of enkele (wat stillere) deelnemers uit het oog, in ons eigen enthousiasme, of wellicht ook ons haantjesgedrag. Hoe kan zo elke aanwezige achteraf in alle eerlijkheid zeggen, dat zij of hij de ruimte voor diens woorden kreeg en zich als een gelijkwaardige behandeld voelde?
Gelukkig zijn we daar samen bij.

Domme ik.

Eén van mijn belangrijkste redenen voor het schrijven van dit artikel is, dat ik je twijfels en/of angsten die je mogelijk hebt bij het idee een keertje mee te wandelen, zó graag weg zou willen kunnen nemen. Ik schreef het helemaal in 't begin al; de drempel. Domme, domme ik, dat kan ik niet, dat kun jij alleen. Maar laat me dit als domme ik met deze blog dan alsjeblieft toch proberen. Het zou zomaar kunnen gebeuren dat wat van mijn woorden je iets benieuwd(er) maken en dat uiteindelijk je wijsbegeerte het wint van je vrezen. Dat ons dat gegund moge wezen!

Inmiddels zullen er nu zo'n tien filosofie-wandelingen geweest zijn. Deze te beschrijven is weer zo anders dan ze zelf mee te maken. Dat is een dooddoener, dat weet ik, maar zelfs die kan een waarheid in zich dragen. Ik hoop dat we nog vele wandelingen tegemoet mogen gaan, omdat ze nu al voor menig mens mooie denkmomenten gebracht hebben en omdat ik het idee heb dat er een heleboel mensen onder ons zijn, net zo wijsgerig, net zulke lekkere trek in een denksnack hebbend als diegenen die zo'n filosofie-wandeling al eens één of enkele keren (of altijd) hebben meegemaakt. En zeg nu zelf, waar vind je tegenwoordig zulk lekkers ook nog GRATIS?

Zondag 24 juni aanstaande is de volgende filosofie-wandeling.
Om 12:00 uur verzamelen we op het Valkhofpark in Nijmegen om vervolgens samen onze route te bepalen. Gespreksonderwerpen komen vanzelf, gaande de weg.
Prettig is wanneer je iets (deelbaars) te eten en/of drinken meeneemt.
De wandeling duurt zo'n twee à drie uren, inclusief een riante pauze van ongeveer een uur. Tijden liggen echter niet vast, ze worden door de groep aanwezigen bepaald, vooraf en/of onderweg.

Wie weet tot dan!


pepé: lettermenger.

dinsdag 5 juni 2012

vrijdag 1 juni 2012

Interview met Nijmegen's burgervader Hubert Bruls (CDA).

de email van jack brOeksteeg:

"Beste Pepe,

Jouw verzoek is besproken met de burgemeester. Zijn agenda loopt snel vol en daarom is er voor gekozen interviews te geven aan media waarvan wij denken dat deze in Nijmegen in zo kort mogelijke tijd de meeste mensen bereiken. Denk aan De Brug, RTV Nijmegen en de Gelderlander.
Dat betekent dat er voor jouw bloggeraccount Lettermenger geen ruimte zal zijn voor een interview. Wel wil ik je de kans geven een aantal vragen schriftelijk te stellen. Wanneer je dat wil dan hoor ik dat graag van je.

Ik hoop je zo voldoende geinformeerd te hebben.

Met vriendelijke groet,

Jack Broeksteeg

Bestuursadviseur, afdeling Communicatie I Gemeente Nijmegen I Postbus 9105, 6500 HG Nijmegen
Bezoekadres: Korte Nieuwstraat 6 Nijmegen"


pepé: lettermenger.

d'Ode dieren.













woensdag 9 mei 2012

Van wietpas naar wietster.

Onlangs plaatste ik de blog "De wietster, voor op uw kledingstukken".
Inmiddels zijn er enkele ontwerpen voor de wietster gemaakt. Van de wietster kun je stickers maken, voor het plakken op geschikte plekken, of je maakt er een badge van voor op je jassen en andere kledingstukken. Wel duidelijk zichtbaar dragen alsjeblieft.

Andere ingezonden ontwerpen zullen worden toegevoegd.


pepé: lettermenger.
wietster - ontwerp I

wietster - ontwerp II

wietster - ontwerp III
wietster - ontwerp IV

wietster - ontwerp V

wietster - ontwerp VI

donderdag 3 mei 2012

De wietster, voor op uw kledingstukken.

wietster - weedstar

Sinds 1 mei jongstleden zijn de coffeeshops in de drie zuidelijke provincies van Nederland besloten clubs geworden. De Rijksoverheid zelve citerend:

"Het lidmaatschap wordt verleend in de vorm van een clubpas, op vertoon van een geldig identiteitsbewijs en een bewijs dat de aanvrager inwoner van Nederland is. Een lidmaatschap wordt aangegaan voor tenminste 1 jaar."
[link naar bron]

Is hier (niet) sprake van discriminatie? De overheid registreert nu letterlijk cannabis- en hasj-gebruikers. We kennen andere voorbeelden waarbij mensen om hun persoonlijke achtergrond verplicht werden zich te registreren. Zo hebben coffeeshop-bezoekers alleen toegang tot de coffeeshop-clubs met een wietpas. En alléén de Nederlandse.

Schendt deze wet dan dus ook (niet) de verdragen van Schengen (1993)? Deze Europese verdragen houden onder andere in dat er een interne Europese markt is met vrij verkeer van kapitaal, goederen, diensten en personen.

Zijn we ook (niet) heel dichtbij de invoer van het verplicht dragen van een wietster?
Om die reden hebben we er maar vast één gemaakt, die eenvoudig te verveelvoudigen is.
Voor op een stickervel, of we borduren 'm na, en we dragen 'm op ons hart.

Doe er het Onze mee (:


pepé: lettermenger.

dinsdag 1 mei 2012

Open brief aan schuldhulpverlening gemeente Nijmegen.

Nijmegen, dinsdag 1 mei 2012,

Beste Roel,

Het is op het moment van het schrijven van deze eerste zin 16:15 uur. Drie kwartieren voor het einde van een werkdag van de ambtenarij. Vlak na twaalven vanmiddag werd door een directe collega van je voor mij een terugbelafspraak genoteerd, nog voor vandaag. Omdat ik toch al niet zo blij was, reageerde ik op deze belofte maar niet, daar eerdere van deze afspraken tot nog toe nooit zijn nagekomen, in die zin dat ik überhaupt nooit teruggebeld ben. Vandaar, wetende dat ik heel wat van plan ben te schrijven, zal de laatste zin van deze brief wel na vijven geschreven worden. Dan is het nog een kwestie van op "publiceren" drukken en de brief is netjes op tijd bezorgd.

In dit geval is het een voordeel dat we elkaar bij de voornaam noemen. Op die manier blijft in deze open brief je privacy toch gewaarborgd. Ik heb me tijdens onze ontmoetingen in de Mariënburg altijd door jou gerespecteerd en gewaardeerd gevoeld, als mens, en bij deze, dat is absoluut wederzijds. Hopelijk klinkt dan ook, door dit schrijven, júíst mijn vertrouwen in jou door, want geloof me alsjeblieft, ondertussen staat het huilen me nu zoveel nader dan het lachen, voel ik me kwetsbaar en met bijna lege handen, zou ik het Vertrouwen niet door me voelen stromen...

Goed, daar gaan we dan; met de billen bloot, pé...

(W)elk mens heeft recht op voedsel en onderdak? Is een recht niet, net als een wet, een geschreven woord, een akkoord, dat vervalt wanneer er niet meer aan is te voldoen? Waar heb ik recht op, als werkeloos burger nummer zoveel, niet alleen bijstand trekkend, nee! Ook nog in de schuldhulpverlening! En nee! Zelfs een kritisch inwoner van dit land en haar kapitalistische democratie, een (ex-?) Occupy'er, een zichzelf zo noemend kNUstenaar, wat dat dan ook weer mag betekenen. Met al voorgaande gedachten -en meer- in mijn hoofd, schaam ik me voor het schrijven van zowel de voorgaande als deze, als alle volgende alinea's -en dan tóch... zou het mijn wanhoop dan wezen?

Concreet nu. Of was het voorgaande ergens toch ook niet al concreet? Hoe dan ook; concreet!
Vanochtend vertelde een medewerkster van het algemene telefoonnummer van de gemeente Nijmegen mij, na natuurlijk geboortedatum etc. etc. correct te hebben genoemd, dat de gemeente op woensdag 25 april de bijstand-uitkeringen had overgemaakt. In het geval van mensen in een schuldsaneringstraject wordt deze uitkering naar 'jullie' rekeningnummer geboekt, vanwaaruit jullie het vastgelegde bedrag afhouden en vervolgens de rest naar onze privé-rekeningen overmaken.

Een eerdere vraag hieromtrent, jou in een email gesteld, is helaas tot nu toe onbeantwoord gebleven, namelijk of er op enigerlei wijze rente verdiend wordt aan alle gestorte uitkeringen samen, of dat er wellicht deels ook mee gespeculeerd wordt. Voorzover ik begrijp is de schuldsanering tenslotte ook een soort bank. Heel graag zou ik alsnog het fijne hiervan willen weten. Hopelijk kun je me de antwoorden zelf geven of me anders misschien doorverwijzen naar de juiste plaats.

Inmiddels ben ik het redelijk gewoon dat de afdeling schuldsanering de afgeroomde bijstand op de 28e van de maand doorboekt naar degenen waarvoor de uitkering bestemd was. In de afgelopen maand viel die op een zaterdag, in het lange weekend vanwege de koninginnedag van gisteren. Vandaag kreeg ik te horen dat vandaag ook (pas) het restbedrag naar de bijstands'gerechtigden' was doorgeboekt. Dan staat het morgen, woensdag 2 mei, op onze rekeningen.
Precies het zelfde verhaal gebeurde met kerst jongstleden. De gemeente Nijmegen had op woensdag 21 december de uitkeringen al overgemaakt, zodat de mensen hun boodschappen voor het (kerst)weekend konden doen. Behalve dan de mensen in de schuldsanering, die kregen na de kerst het geld op de rekening.

Vandaag heb ik voor de zekerheid mijn huisbaas maar gebeld om te vertellen wat het euvel met mijn inkomen was en dat hij mijn huur wat later zou krijgen. Hij reageerde allerschappelijkst en zei dat ik meestal één van de eersten was waarvan hij het geld op zijn rekening kreeg.
Ik ben geen econoom, financieel gezien misschien wel naïef (nu ja, waarom anders dit geld-traject?), maar kom toch graag mijn afspraken na, als mijn huurovereenkomst, mijn verzekeringen en abonnementen.

Ondanks mijn nederige schaamte, sowieso tegelijkertijd mèt, voelt het in tegenstrijd met dit schuldsanerings-traject zelf, dat ik nog nèt niet juist méér in de problemen kom dan er uit. En dat baart me zorgen. Omdat ik weet dat ik geenszins de enige ben in deze situatie. Daarom plaats ik deze brief ook online. Misschien dat hij zo meer mensen van dienst kan zijn.

Het is kwart over vijf. Ik ben "op tijd".

Hahaha, er staat nog geen enkele vraag in het vorige! Nou, bij deze dan:
Is het wellicht mogelijk dat wanneer de 28e van de maand op een vrijdag of in het weekend valt, dat de afdeling schuldsanering haar klanten meehelpt in hun financiële administratie door in die gevallen ervoor zorg te dragen dat het rest-inkomen voor dat weekend op te nemen is?
Hiermee kunnen heel wat huren op tijd overgemaakt worden in plaats van te laat. Hiermee ook kan een kerst of koninginnedag, zo'n laatste (lange) weekend van de maand heel wat minder stressvol voor ons uitkerings'gerechtigden' zijn. Voor wat dat ook waard zijn moge. Bekeken vanuit de economie zouden dan ook wij de voorbije kerst en koninginnedag bijgedragen hebben aan de vreugde en wèl de supermarkten en andere winkels bezocht, er gekocht en zo aan onze 'gedeelde' geldwelvaart bijgedragen hebben.

Nóg een vraag:
Onlangs werd ik opgedragen een bezoek aan de Sociaal Raadslieden te brengen om mijn belastingteruggaaf ook naar schuldhulpverlening over te kunnen maken. De eerste afspraak ben ik onverrichter zaken weggegegaan, omdat er helemaal geen Sociaal Raadslid was, maar pas geleden riep één van hen "Mevrouw Van Megen" toen hij mij zag zitten in de wachtruimte, gaf mij geen hand, keek mij niet aan en vulde één en ander in op zijn electronische formulieren, waarna ik weer mocht gaan.
Mij werd eerder al schriftelijk verzocht bij de Belastingdienst uitstel van aangifte aan te vragen, omdat de Sociaal Raadslieden de datum van 1 april niet zouden gaan halen. Dit gedaan hebbende, reageerde de Belastingdienst met een brief dat zij mij geen aangiftebiljet hadden gestuurd en dat ik dus ook geen aangifte had hoeven doen.
In tegenstelling hiermee, toverde het Sociaal Raadslid twee bedragen tevoorschijn op zijn beeldscherm, bedragen die ik over 2010 en 2011 zou kunnen terugkrijgen. De uitgeprinte versies daarvan heb je van mij in je postvak gekregen. Hij veranderde mijn privé-rekeningummer in het nummer van de afdeling schuldsanering en zei tegen mij: "Zo, daarmee ben jij weer een stuk rijker."
Wat ik nu zou willen weten is; als de Belastingdienst mij schriftelijk aangeeft dat ik geen aangifte heb hoeven doen over deze jaren, welke bedragen zijn er nu dan toch naar schuldhulpverlening overgemaakt? En daarbij, op welke manier word ik hier rijker van?

Nog steeds voelt het alsof ik de laatste ben die in mijn positie iets zou mogen durven vragen. Solliciteren naar werk doe ik zeker, maar rond je veertigste ben je al zo'n beetje afgeschreven voor de gemiddelde werkgever -en ja, die geboortedatum die ik vanochtend noemde geeft al zoiets aan. Het is te merken aan de afwijzingen en de doodse stiltes.

Met daar bovenop de vraag wat te doen met zoiets als iemands principes, iemands levensovertuiging? Hoe geloofwaardig zou ik zijn als vriend, als schrijver, kNUstenaar, Occupy'er, geef mij een sticker, als ik op een commerciële vacature zou schrijven? Of zal ik met mijn stopwatch paraat de zorg ingaan? Maar nee, daarvoor heb ik niet de juiste papieren, zo is me nu menigmaal medegedeeld.
Ach, het spijt me, beste Roel, dit is een gevalletje "verkeerde afdeling", dit hoort niet bij jouw balie.
Wel bij de mijne.

Het is wellicht een wat warrige en zeer zeker een emotionele open brief geworden. Hij bevat enkele letterlijke vragen, waarop ik dit keer werkelijk antwoorden hoop te krijgen. Tussen vele regels door klinken voor mijn gevoel nog andere vragen, die ik ofwel niet zo goed in woorden vangen kan, of graag in het wat 'zweverigere' houd, omdat ze nu eenmaal meer over het gevoel dan over het verstand gaan. Misschien zou je hierop je reflectie willen geven, op jouw manier als mensmedewerker / medewerkermens / medemenswerker / [andere sticker]. Onze prettige contact-momenten geven me een goed voorgevoel daarin, namelijk dat ik ergens vermoed dat jij kunt voelen wat ik bedoel.

Tot slot zou ik je willen vertellen dat ik van plan ben je antwoorden op mijn vragen ook te gaan plaatsen in een vervolg-blog. Dit vanuit de gedachte dat mijn 'casus' niet op zichzelf staat -en ik met mijn schrijven op zoek ben naar een verbinding, een samen-bouwen. Dat dit een volgend steentje bij mag dragen.

Bij voorbaat dank!

Alle goeds,


pepé: lettermenger.


Naschrift 1 juni 2012:

Enkele dagen geleden is, na nóg een telefoontje richting schuldhulpverlening mijnerzijds, een brief van Roel op mijn deurmat gevallen, met hierin de volgende zogenoemde antwoorden. Let niet op de spelfouten en haperende zinsconstructies, zou ik zeggen (of juist wel):


Vandaag heb ik Ombudsman Pieter Hilhorst via zijn twitter-account gewezen op (de inhoud van) deze blog, in de hoop iets in beweging te zetten in "Het Land der Schuldsaneringen".

Wordt vervolgd...